4. Schrijf het probleem op een label

Itoi:

Terugkomend op hoe je van je stuk was gebracht toen Yokoi je negatief noemde. Deed je het sindsdien anders?

Miyamoto:

Nee, dat was niet nodig. We waren geen leden van hetzelfde team. We voerden het gesprek terwijl we los van elkaar werkten, maar wel met hetzelfde doel voor ogen.

Itoi:

Oh, ik begrijp het.

Miyamoto:

Maar zijn woorden hadden me dus wel van mijn stuk gebracht. In die tijd beschouwde ik mezelf niet als het type dat vastberaden naar oplossingen zoekt, zoals ik dat tegenwoordig doe. Als ik in het team had gezeten waarvan Yokoi toen leider was, zou dat voor mij niet gemakkelijk zijn geweest.

Itoi:

Aha.

Miyamoto:

Maar ik ben van nature iemand die redenen verzamelt tégen iets, en dus niet vóór iets. Door na te denken over wat Yokoi zei, ben ik mezelf geleidelijk beter gaan begrijpen.

Itoi:

Oh, je beschouwt het als je karakter, in plaats van een tekortkoming?

Miyamoto:

Dat is mijn kijk op dingen. Als ik dit doe, wordt het dit, maar als ik dat doe, wordt het dat. Ik houd altijd rekening met het slechtste scenario.

Itoi:

Maar is dat geen vereiste voor een leider?

Miyamoto:

Ja. Dus nu ik ouder wordt, en de verantwoordelijkheid om de dingen voor elkaar te krijgen groeit, lukt het me steeds beter om daarbij subtiele beslissingen te maken. Ik zie nu beter welke problemen fataal worden, en welke slechts een beperkt risico met zich meebrengen.

Itoi:

Je beschikt over het vermogen formaat en gewicht in te schatten van verschillende nadelen.

Miyamoto:

Ja. Als je daartoe in staat bent, kun je goede beslissingen maken. Dus als een jongere persoon vraagt wat er verkeerd is aan zijn idee, denk ik, “Dat zou je eigenlijk zelf moeten bedenken.”

Itoi:

Hmm, ik begrijp het.

Miyamoto:

Als je zelf nadenkt over wat er mankeert aan je idee, en je begrijpt de reden waarom het niet goed is, en welke problemen het oplevert, dan kun je het idee vast later nog eens gebruiken.

Itoi:

Precies. Het is zonde als je zegt, “O, dat idee is dus niet goed,” en het voorgoed vergeet.

Miyamoto:

Dat leidt nergens naartoe. Ik vertelde mensen altijd al dat ze hun ideeën in een laatje moesten bewaren, en onlangs heb ik daarbij voorgesteld om ook de redenen waarom de ideeën niet goed waren erbij te doen. Door die redenen bijvoorbeeld op een label te schrijven.

Iwata Asks
Itoi:

Een laatje vol afgewezen ideeën.

Miyamoto:

Ja. (lacht)

Itoi:

Ik kan me daar wel iets bij voorstellen.

Miyamoto:

Als je een stapel van dat soort ideeën hebt verzameld, komt vanzelf het moment waarop je het label kunt verwijderen. Zo van, “O, de regels zijn inmiddels veranderd, dus nu is het goed,” of, “Het werkt misschien niet overdag, maar het werkt wel ‘s nachts.”

Itoi:

Ja, ja, precies!

Miyamoto:

Dat is waar Iwata zo vaak naar verwijst als hij zegt dat “Miyamoto’s spellen tien jaar in ontwikkeling zijn”.

Itoi:

Zoals de Mii-personages.

Miyamoto:

Precies. We dachten al lang na over een spel met karikaturen, maar hoe vaak we ook probeerden iets met dat idee te doen, het werkte gewoon niet. We hebben er een hele reeks labels aan gehangen met de redenen waarom het niet werkte, tot de dag kwam waarop het wel zou kunnen werken.

Itoi:

Dus je bergt een idee op, maar dankt het niet af.

Miyamoto:

Juist, het blijft opgeborgen zolang de reden waarom het niet werkt bestaat. Tot ik me op een dag realiseer dat ik het label kan verwijderen. En als ik eenmaal een label heb verwijderd, raak ik zo opgewonden dat ik ook andere labels ga verwijderen. Dingen die eerst wat negatief leken, zijn geneutraliseerd zonder kwalijke effecten.

Itoi:

Zelfs als er nog een paar zwakke plekken zijn, kun je soms wel groen licht voor iets geven.

Miyamoto:

Ja. Niet omdat de zwakke plekken zijn verdwenen, maar omdat er aantrekkelijke aspecten aan iets kleven die de zwakke plekken ruimschoots compenseren.

Itoi:

Juist. Dat is bij mensen precies zo.

Miyamoto:

Oh? (lacht)

Itoi:

Iemand met duidelijke gebreken maar zelfs nog grotere kwaliteiten, is een sterk personage. Ik weet niet precies hoe ik het moet zeggen. Mensen met evenwichtige persoonlijkheden, die goed zijn in allerlei dingen, komen soms goed van pas, maar toch heb je ook andere mensen nodig.

Miyamoto:

Ja, dat geloof ik ook.